Eerdere bestemming van grond voedselbos minder belangrijk dan gedacht

Het is voor de opbrengst van een voedselbos minder relevant of de grond eerder gebruikt is als akker, weiland of bos. Dat blijkt uit onderzoek binnen het Nationaal Monitoringsprogramma voedselbossen.

In de winter van 2019/2020 is begonnen met grondig bodemonderzoek. De resultaten bevestigen het vermoeden dat zeker voor beginnende voedselbossen de bodemtextuur (zand, leem of klei) sterk bepalend is voor verschillen in waterhuishouding, koolstofopslag, vruchtbaarheid en bodemleven. Verrassender was het dat de effecten van het voormalige landgebruik (akker, weiland of bos) er voor deze bodemindicatoren minder toe lijken te doen, terwijl dit in theorie toch een belangrijke factor is. De bodem reageert namelijk traag op bovengrondse veranderingen, en effecten van vorig landgebruik zijn in sommige bodems decennia later nog zichtbaar. In toekomstige metingen zal blijken of en hoe snel deze eigenschappen veranderen in de verschillende voedselbossen, en of aanvankelijke verschillen naar verloop van tijd nog samenkomen met een toenemende leeftijd.

Beeld: ©Marjolein van Rotterdam

In de zomer van 2020 is er uitvoerig onderzoek gedaan naar de bovengrondse koolstofvoorraad en de biodiversiteit van de vegetatie. Een toename van de koolstofvoorraad blijkt duidelijk zichtbaar bij oudere voedselbossen die vanuit landbouwpercelen zijn gestart. Op basis van de eerste data en eerdere studies kunnen we voorzichtig stellen dat voedselbossen in staat zijn om na 20 jaar zo’n 40 ton koolstof (ca. 150 ton CO2) per hectare bovengronds op te slaan. Hier is de ondergrondse koolstof nog niet bij opgeteld. Uit het biodiversiteitsonderzoek blijkt onder meer dat niet zozeer de rijkdom maar vooral de samenstelling van soorten wilde kruiden verandert in oudere voedselbossen, wat de theorie grotendeels bevestigd. In 132 1m2 plots zijn er in totaal ruim 180 soorten wilde kruiden gevonden.

Meer informatie: https://greendealvoedselbossen.nl/2288-2/