Melkveehouder Theo Folmer uit Lunteren investeert in bodem

Extra aandacht in investeren in de bodem is lonend, ervaart Theo Folmer uit Lunteren. Hij haalt 15 procent meer opbrengst van zijn grasland door drie aandachtspunten: spuiten met ureumkunstmest, een algenextract toedienen voor het stimuleren van wortelgroei in het najaar en werken met lichtere machines.

Beeld: ©Agrio / Ruth van Schriek
Theo Folnmer begrijpt niet dat de bodem voor veel boeren de sluitpost in de begroting is. "Ze weten alle cijfers van hun koeien, maar van de bodem weten veel boeren vaak heel weinig"

Van oudsher is boerderij Oud Schothorst een typisch Gelderse Vallei-bedrijf: een gemengd bedrijf met varkens, koeien en kippen. De eeuwenoude monumentale boerderij is sinds de 18-de eeuw in handen van de familie Folmer. Met Theo Folmer (36) staat de negende generatie aan het roer van het bedrijf, dat nog steeds gemengd is. Want naast de 55 melkkoeien bestaat het bedrijf uit een biologische leghennentak en een loonwerktak. Theo en zijn vader Dirk runnen samen het bedrijf, het overnametraject is ingezet.

Goed bodembeheer is een belangrijke pijler voor Folmer. Hij fungeert als ‘voorbeeldboer’ bij waterschap Vallei en Veluwe, waar bodembeheer en water speerpunten zijn voor beleid.

De grond in zijn omgeving is schaars en duur. Om zo weinig mogelijk voer aan te hoeven kopen, probeerde Folmer de opbrengst van zandgrond te verhogen. Na tien jaar investeren in de bodem plukt hij daar nu letterlijk de vruchten van. De gemiddelde drogestofopbrengst per hectare grasland steeg van 10 naar 13 tot 15 ton. Zo is hij bezig met duurzaam bodembeheer waar het nageslacht mee verder kan. „De mensheid is afhankelijk van goede landbouwgrond, het is onze plicht om daar zuinig mee om te gaan. Helaas is de grond en de bodem nu nog te vaak een sluitpost in de begroting van boeren. Dat begrijp ik niet, want het is juist de basis van je bedrijf.”

Algenextract

Folmer vindt het onbegrijpelijk dat boeren alle technische cijfers van hun koeien uit hun hoofd kunnen opdreunen, maar weinig weten over hun bodem, hoeveel mest er op gaat, welke opbrengsten er vanaf komen, wat de pH-waarde van de grond is en zo. „Terwijl een koe eigenlijk een dier is met een waarde van hooguit 1.500 euro. Grond is veel kostbaarder. Hier in de regio ligt de waarde tussen de 70.000 en 80.000 euro. Een koe doet niets anders dan gras omzetten in melk. Dat zou de sluitpost moeten zijn. De bodem, waar je het van moet hebben nu en in de toekomst, daar moet meer aandacht voor zijn.”

De opbrengst van zijn grasland verhogen doet Folmer op drie manieren. Tien jaar geleden begon hij in het najaar met het toedienen van een algenextract dat de wortelgroei van het gewas stimuleert. Voor het resultaat moet je wel geduld hebben, maar in de loop der jaren nam het leven in de bodem toe en steeg de hoeveelheid en het eiwitgehalte van het ruwvoer. „De melkproductie per koe steeg niet, maar doordat we minder krachtvoer hoefden in te kopen, daalde de kostprijs per liter melk. Ik kan dus op krachtvoer besparen, zo’n 1 cent per kilo melk. Voor een bedrijf met 8 ton melk spreek je al over 8.000 euro.”

Het middel kost zo’n 55 euro per hectare. Folmer snapt dat boeren in het najaar niet zitten te wachten op nog een rekening. „Maar ze moeten beseffen dat de wortelgroei van grasland in de winter plaatsvindt. Het grasseizoen begint in het najaar. Zo begin je in het voorjaar met een prima basis. Dat zie je in de eerste snede terug.”

Ureumkunstmest

Ook kiest Folmer in plaats van te bemesten met nitraatkunstmest Flex: vloeibare kunstmest op ureumbasis. Het kost hem ruim 30 euro per 100 kilo. KAS kost 17 à 18 euro.

„Per hectare scheelt dat nog geen 20 euro, maar ik begrijp het wel als boeren schrikken als ze een eindfactuur van 7.000 in plaats van 4.000 euro krijgen. Je moet de bodem voeden. De bodem heeft een hekel aan zout en nitraat. Ureum vindt bodemleven lekker, het draagt bij aan een actiever bodemleven. Door voor een vloeibare meststof te kiezen, kan ik exacter doseren en vindt weinig uitspoeling van stikstof en fosfaat plaats. De meststof hecht zich zelf. Bij een korrel verdampt een deel van de meststof.”

Hoewel een nitraatmeststof goedkoper is, doet het middel voornamelijk aan celstrekking. Folmer: „Het gras zuigt het water op en het spoelt zo de plant binnen, want het is een soort zout. Als je het maait, lijkt het heel wat, maar zodra het gras droog is, is het slapper. Het nadeel van ureummeststoffen is dat ze kunnen omvormen naar ammoniak en dan verdampen. Flex-meststoffen hebben dit niet, maar zijn daarom ook duurder. Direct ureum toedienen is efficiënter, ureum is een natuurlijke stof. In Nederland is dit nog niet echt gangbaar.”

Waarom niet, begrijpt Folmer slechts ten dele. De macht van de kunstmestindustrie is groot en daar wordt volop ingezet op KAS. „Er is een groot financieel belang, maar nitraat is niet beter, daar ben ik van overtuigd. Er is al veel onderzoek naar gedaan, maar er is nog te weinig echt bekend. Ook valt onder normale omstandigheden de meeropbrengst niet echt op. 15 procent meeropbrengst valt dan sneller in het niet. Maar als je het over meer jaren verspreidt, is het wel veel en is de meerprijs snel terugverdiend.”

Beeld: ©Agrio / Ruth van Schriek
Het bedrijf bestaat uit melkvee, loonwerk en legkippen

Bodem

Folmer let er ook op niet met zware machines het land op te gaan. Trekkers met meer dan 150-200 pk komen niet op zijn grasland om structuurschade te voorkomen. „Dan gaat het niet om de bovenste laag, maar juist om de diepere lagen tussen 60 en 80 centimeter. Als deze grond te veel verdicht, is dat nadelig voor de waterafvoer. Het water verdampt dan wel, maar kan niet verder de bodem in.”

Folmer realiseert ook hogere opbrengsten met de BEP-pilot, waar hij voor het derde jaar aan meedoet. De pilot is voor melkveehouders die met de Kringloopwijzer aantonen dat er voor het realiseren van evenwichtsbemesting op hun bedrijf een hogere gebruiksnorm voor fosfaat nodig is dan de generieke norm. Bij aantoonbaar hogere gewasopbrengsten krijgen deze bedrijven een ontheffing op deze generieke gebruiksnorm. Folmer mocht hierdoor afgelopen jaar 89 kilo fosfaat toepassen, terwijl de generieke norm voor grasland 85 en voor maïs 50 kilo is. „Deze manier is het eerlijkst, evenwichtsbemesting. Als je hogere opbrengsten haalt, onttrek je ook meer. Als je dan niet meer mag bemesten, put de grond snel uit. Ik hoop dat de politiek dit gaat inzien.”

Oud Schothorst

Boerderij Oud Schothorst van de familie Folmer in Lunteren

55 melkkoeien

6.000 biologische legkippen op 2,5 hectare uitloop

Loonwerktak in graslandwerkzaakheden

30 hectare grond

Dit verhaal is het resultaat van een samenwerking tussen Agrio en het Ministerie van LNV en kan eerder zijn gepubliceerd in een of meerdere uitgaven van Agrio. Op het gebruikte beeld rust copyright.