Anders sturen op wettelijke doelen in de landbouw
Nederland wil de landbouwsector toekomstbestendig maken. Daarvoor is het nodig dat landbouwbedrijven de uitstoot van stikstof en broeikasgassen verminderen. Ook moet de uitspoeling van nitraat omlaag. De sector zet hierin al stappen. De overheid stuurt hierop door maatregelen op te leggen aan agrarische ondernemingen. Dit wordt middelsturing genoemd. De komende jaren gaan we stappen zetten om sturen op doelen mogelijk te maken.
Met bedrijfsgerichte doelsturing komen er bedrijfsspecifieke normen. Die normen bepalen hoeveel uitstoot en uitspoeling vanuit een bedrijf mag plaatsvinden. Vanuit vakmanschap en ondernemerschap kiest de ondernemer zelf voor maatregelen waarmee het bedrijf binnen die maximale ruimte blijft.
Het ministerie van LVVN werkt samen met andere overheden en de sector om bedrijfsgerichte doelsturing te kunnen invoeren voor in elk geval melkvee-, akkerbouw-, pluimvee- en varkensbedrijven. Per sector en per opgave verschilt hoe we naar bedrijfsgerichte doelsturing toegroeien.
Het invoeren van bedrijfsgerichte doelsturing is een grote verandering. Daarom kost invoering veel tijd. Er moet een systeem komen waarin staat aan welke normen een bedrijf moet voldoen en waarmee kan worden beoordeeld of dat lukt. Dat systeem moet veilig, controleerbaar en betrouwbaar zijn. Ook moeten er voldoende betrouwbare gegevens zijn. Alleen dan is aantoonbaar dat een agrarisch bedrijf aan de normen voldoet.
Het is belangrijk dat agrarische ondernemingen voldoende tijd krijgen om aan bedrijfsspecifieke normen te gaan voldoen. In 2026 wordt bekend wat de bedrijfsspecifieke normen voor dierhoudende agrarische bedrijven gaan zijn, op het gebied van stikstof en klimaat. In 2035 zijn die normen afrekenbaar. Dat betekent dat bedrijven die in 2035 niet aan deze normen voldoen, bijvoorbeeld een boete krijgen. Tot 2035 krijgen agrarische bedrijven de tijd om te voldoen aan de bedrijfsgerichte normen. De overheid zal daarbij ondersteuning bieden.
De komende jaren moeten nog veel keuzes gemaakt worden. Dat gaat over hoe bedrijfsgerichte doelsturing wordt ingevoerd, op welke doelen gestuurd gaat worden en hoe hierop gehandhaafd wordt. Uitgangspunt is dat bedrijfsgerichte doelsturing werkbaar en haalbaar gaat zijn, voor agrarische bedrijven en de overheid.
Dat betekent ook dat het tijdspad en de reikwijdte nog kunnen veranderen. Wanneer meer bekend is, komt dat te staan in deze teksten over doelsturing op deze website.
